Zijn of niet zijn, met een vraag?

Hamlet (in Hamlet  van William Shakespeare ) verzucht de bekende strofe: “To be or not to be, that’s the question.”  Op het moment dat hij deze uitspraak doet, zit hij in een nare positie.Hij stelt zich de vraag of het verstandig is allHamlete rampspoed over je te laten komen of daarin niet af te wachten en actie te ondernemen door een eind aan zijn leven te maken.

Voor alle duidelijkheid deze blog is geen oproep tot zelfmoord, maar wel tot beweging; niet afwachten, maar actie ondernemen op andere manieren. Als mensen zichzelf beschrijven en daarbij een vervoeging van het werkwoord zijn gebruiken, wordt ik nieuwsgierig. Wat voorbeelden: Ik ben nou eenmaal zo. Ik ben altijd wat teruggetrokken. Zo zijn wij niet. Ik ben altijd zo onzeker. Het lastige voor mensen die dit over zichzelf zeggen is dat ze zichzelf ook min of meer klem zetten. Naast dat het iets over jezelf zegt in het verleden en/of heden, wordt het ook een soort voorspelling voor komende situaties. Je kunt bijna niet meer anders, door het frame wat je zelf in stand houdt, waar jezelf in vastklemt. Soms is het een vorm van zelfmedelijden, soms biedt het een vorm van veiligheid; een comfortzone, soms kun je niet anders, omdat je gewoon niet weet wat je nog meer/anders zou kunnen doen.
Het wordt interessant als je naloopt of het beschreven gedrag in elke situatie gebruikt wordt. Stel, je vindt van jezelf dat je onzeker bent. Doe je dan onzeker in de kroeg, op je werk, bij je ouders, bij je kinderen, bij je vrienden, bij je buren, bij een concert, bij je hobby enz. enz.? De kans is groot dat in één of meer situaties je niet onzeker doet. Dan kan een zoektocht opleveren, dat duidelijk wordt wat fundamenteel anders is in die specifieke situaties. Bijvoorbeeld je doet niet onzeker bij je ouders, omdat jij je daar veilig voelt en in die andere situaties niet.

Het is je misschien opgevallen; de tekst gaat van vormen van zijn naar vormen van doen. Als je het over vormen van doen hebt, is er al een start gemaakt met de beweging, uit het zijn.
De volgende stap in het voorbeeld, zou dan kunnen zijn; wat maakt de ene situatie veilig en de andere niet.
Het is soms zo’n opluchting om te merken dat er ruimte is om op een andere manier over jezelf te denken. Het hoeft niet allemaal vast te liggen en er zijn weer openingen om verder te gaan. Dus niet zijn, met een vraag!